„Het is vrij matig.” En dan drukt Emil Molzer zich nog voorzichtig uit. Het bestuurslid van de Kaperstudiegroep Oost is somber over de karperstand in het Twentekanaal. Tellingen van het aantal karpers zijn nauwelijks te maken.

De Karperstudiegroep moet het doen met opmerkingen van de leden, de sportvissers. „Er wordt steen en been geklaagd”, zegt Molzer. De oorzaken zijn divers. De grote brand bij Vredestein in 2003 heeft de karperstand geen goed gedaan, weet Molzer. Hetzelfde geldt voor het grote aantal sportvissers uit Oost-Europa dat het Twentekanaal heeft ontdekt. Ook aalscholvers verschalken regelmatig een jonge karper.

Maar de karper komt langzaam weer terug in het Twentekanaal. Dankzij een herstelprogramma dat wordt uitgevoerd - en betaald - door de Karperstudiegroep Oost. Het herstelprogramma beslaat in totaal vijf jaar en is in volle gang. Inmiddels zijn al twee grote ‘uitzettingen’ geweest. De eerste was november vorig jaar, de tweede een paar maanden geleden. Daarbij wordt telkens 500 kilo jonge karper uitgezet. De karperliefhebbers hebben het Twentekanaal daarvoor verdeeld in drie panden. De meeste vis wordt uitzet in het deel Eefde-Delden, inclusief de zijtak naar Almelo. 

Lees meer in De Twentsche Courant Tubantia van woensdag.

Bron: tubantia.nl