Het freelining is een vrij simpele en mooie manier van vissen. Tegenwoordig vissen helaas weinig mensen mee volgens deze methode. De lijn wordt door de geleideogen van de hengel gehaald. Deze hengel mag een vrij zachte hengel zijn. Met een zachte hengel bedoel ik een hengel die vrij snel en mooi parabolisch buigt. Waarom dit bij voorkeur een zachte hengel dient te zijn komt door het feit dat we met dit systeem met vrij zacht aas vissen. Doot het gebruik van een zachte hengel wordt het zachte aas, bijvoorbeeld een kruimig gekookte aardappel of een smeuig balletje deeg veel makkelijker weggeworpen zonder dat het aas van de haak af vliegt. Met het freelining systeem word er gevist zonder lood of andere verzwaring. Als waker (welke we tussen de molen en het startoog aan de lijn hangen) gebruiken we een opgerold stukje alluminium folie of een licht staafwakertje. Dit lichte wakertje hangen we zo'n 60 cm onder de hengel, zodat bij een aanbeet er voldoende ruimte is. Zorg er dus voor dat de hengels hoog op de steunen staan en dat de toppen schuin naar beneden staan en naar de stek waar je vist wijzen. Op deze manier hoeft een karper die jouw niet te versmaden hapje heeft gevonden, geen enkele weerstand te voelen. In principe is dit een klassieke manier van afstandvissen. Sommige mensen (waaronder ook ikzelf) hebben nog steeds een speciale band met deze vorm van visserij, want wat is er nou mooier om je stukje folie langzaam tegen je hengel aan te zien kruipen? De enige voorwaarde om met dit systeem te vissen is echter wel dat het water dat wordt bevist niet of nauwelijks stroomt.